Telling vaarbewegingen jachthavens
Vanaf 9.00 uur tot 20.00 uur is in 7 jachthavens het aantal boten geteld dat de haven in- en uitvoer. Tellingen vonden plaats in het hoogseizoen en het naseizoen. Opdrachtgever was Rijkswaterstaat/RIZA met het doel een computerprogramma te maken over de verstoring van watervogels door recreatievaartuigen.
In Zeewolde, Monnickendam, Enkhuizen, Medemblik, Ketelhaven, Stavoren en Hindeloopen zijn tellingen verricht.
Het onderzoek is nog steeds relevant omdat het o.a. inzicht geeft in de tijden waarop boten een haven in en uitvaren.
Door verandering van vaargedrag in de afgelopen jaren zijn de cijfers echter achterhaald. Het aantal vaardagen daalt, er is dus ook minder verstoring op het water, als daar al sprake van is. Minder lange vakanties en meer dagtochten. Dit onderzoek zou nodig herhaald moeten worden.
Update
RIZA was van plan om vaarbewegingen te modelleren. Over het model zijn de nodige discussies ontstaan. Door de computer rondom vogels cirkels te laten trekken op basis van verstoringsafstanden, zou in het IJsselmeergebied geen rustige plaats meer overblijven. Sommige soorten foerageren op open water en/of rusten in de oeverzones. Het leidde tot de zogenaamde Kaderstellende Aanpak waarbij voorgesteld werd alle oevers in het IJsselmeergebied voor recreatievaartuigen af te sluiten. Uit die periode dateert een rapport van Waterrecreatie Advies over een eventuele nieuwe buitendijkse haven in Muiden.
Het heeft geleid tot verschillende onderzoeken naar het vaargedrag van watersporters waarbij aan passanten gevraagd is de gevaren routes op een kaart aan te geven. Die informatie is uiteindelijk terecht gekomen in verschillende beheerplannen.
Soort, tijd en plaats
Het onderzoek heeft ook geleid tot een discussie over soort, tijd en plaats. Welk type boot vaart waar en wanneer? Dat geldt ook voor vogels en bijvoorbeeld zeehonden. Bij het opstellen van de Havenvisie Wadden i.s.m. Oranjewoud in 2010 is dat verder uitgewerkt en ging de discussie over geulgebonden vaart door kielboten en bijvoorbeeld droogvallende platbodems op het Oostelijk Wad.
De kennis, maar ook de behoefte aan kennis is toegenomen, omdat het bevoegd gezag in het kader van de Natura 2000-wetgeving gerichte vragen ging stellen over soort, tijd en plaats. Marijke Kortenoever heeft bij Waterrecreatie Advies een herkenbare stempel gedrukt op de Natura 2000-wetgeving en de manier waarmee daar door verschillende overheden wordt omgegaan. Door Waterrecreatie Advies worden in samenwerking met ecologen regelmatig opdrachten uitgevoerd waarbij vaarbewegingen, instandhoudingsdoelen, Natura 2000 en/of het MER een rol spelen. Via de selectiemogelijkheid ‘Natura 2000 / MER’ bij Projecten kunnen u meer voorbeelden van dit soort opdrachten vinden.